(Esper, 1781)
Kleine saterzandoog
Beschrijving:
De kleine saterzandoog kan worden aangetroffen bij grazige vegetaties, op rotsachtige hellingen en bij struikvegetaties. De rupsen voeden zich met verschillende soorten grassen, zoals Festuca - (zwenkgras), Poa - (beemdgras), Brachypodium - (kortsteel) en Bromus -soorten (dravik). Ze overwinteren en verpoppen aan het eind van het voorjaar op de grond. De soort vliegt in één generatie per jaar.
Leefgebied:
Sub-alpien grasland
Droge zure graslanden
Droog kalkgrasland en steppe
Heide en struweel
Matig voedselrijk grasland
Sterk gelijkende soorten:
Minois dryas
Satyrus ferula
Verspreiding:
Komt in M-Portugal voor (Sierra da Estrêla), in vrijwel geheel Spanje (uitgezonderd noordkust en noordwesten), in ZO-Frankrijk vanaf de O-Pyreneeën tot in de Auvergne en de Alpen en in het aangrenzende deel van de Italiaanse Alpen. Komt ook in Albanië voor. Vliegt tot 2500m.
Vliegtijd:
juni, juli, augustus.
Status Europa:
Soort is thans niet bedreigd in Europa.
Status Benelux:
Komt niet in de Benelux voor.
Trend en mate van voorkomen per land:
S. actaea 7