(Borkhausen, 1789)
Parelsnoerbergerebia
Beschrijving:
De parelsnoerbergerebia dankt zijn naam aan de rij witte puntjes op de onderkant van de achtervleugel. Deze erebia is meestal in de buurt van de boomgrens te vinden in bloemrijke graslanden met hier en daar bomen of langs zonnige bosranden. Als waardplant worden verschillende grassoorten gebruikt, met name Deschampsia cespitosa (ruwe smele). De ontwikkeling van ei tot vlinder duurt waarschijnlijk twee jaar.
Leefgebied:
Sub-alpien grasland
Sterk gelijkende soorten:
Erebia epiphron
Erebia melampus
Verspreiding:
Komt alleen in de bergen van M-Oostenrijk voor (in een gebied van ca. 100x40km): vanaf Mallnitz tot in de Saualpe in Karinthië. Vliegt meestal tussen 1600-1900m.
Vliegtijd:
juni, juli, augustus.
Status Europa:
Soort is thans niet bedreigd in Europa.
Status Benelux:
Komt niet in de Benelux voor.
Trend en mate van voorkomen per land:
E. claudina 7