Pieris napi

(Linnaeus, 1758)

Klein geaderd witje

Beschrijving:
Het klein geaderd witje komt voor in veel habitattypen en landschappen. Het kan worden aangetroffen in open en meer gesloten landschappen op allerlei typen van graslanden en heiden. Het mag echter niet te droog zijn. De vlinders vertonen grote variatie in kenmerken, zodat veel lokale ondersoorten en vormen worden onderscheiden. De eitjes worden apart of in kleine groepjes op vele soorten kruisbloemigen afgezet. Meestal betreft het wilde soorten. De verpopping vindt plaats tegen de plantenstengel aan. De pop overwintert. Het klein geaderd witje vliegt in meerdere generaties per jaar. Het aantal generaties hangt af van de geografische ligging en hoogte van het vliegterrein en de duur van de zomer.

Leefgebied:
Generalist

Sterk gelijkende soorten:
Pieris bryoniae
Pieris balcana
Pontia callidice

Verspreiding:
Wijdverbreid en algemeen in vrijwel heel Europa, behalve Sardiniƫ, de Shetland Eilanden en de Atlantische Eilanden. Vliegt van zeeniveau tot 2000m.

Vliegtijd:
april, mei, juni, juli, augustus, september, oktober, november.

Status Europa:
Soort is thans niet bedreigd in Europa.

Status Benelux:
In de Benelux niet bedreigd.

Trend en mate van voorkomen per land:
P. napi 7

%LABEL% (%SOURCE%)