(Boisduval, 1828)
Bergmarmerwitje
Beschrijving:
Het bergmarmerwitje kan in bloemrijke, (sub)alpiene graslanden en op rotsachtige hellingen worden aangetroffen. De mannetjes hebben een snelle vlucht, de vrouwtjes worden minder vaak vliegend waargenomen. Ze leggen de eieren afzonderlijk op de bloeiwijze van verschillende Brassicaceae (kruisbloemigen), zoals Barbarea - (barbarakruid), Biscutella -, Iberis - (scheefbloem) en Sisymbrium -soorten (raket). De rupsen leven apart, ze eten bij voorkeur van de vruchtbeginsels maar als ze een kleinere soortgenoot tegenkomen eten ze die ook op. De poppen overwinteren, soms zelfs meerdere winters.
Leefgebied:
Sub-alpien grasland
Droge zure graslanden
Droog kalkgrasland en steppe
Matig voedselrijk grasland
Phrygana vegetaties
Sclerofiele struikvegetatie
Vochtig grasland en ruigte
Zandduinen - binnenland
Sterk gelijkende soorten:
Euchloe ausonia
Euchloe tagis
Euchloe insularis
Euchloe crameri
Verspreiding:
Het bergmarmerwitje komt in Europa alleen in het westelijke deel van de Alpen voor (in het grensgebied van Frankrijk, Zwitserland en Italië). Vliegt vanaf 450m, meestal tussen de 1200 en 2400m.
Vliegtijd:
april, mei, juni, juli.
Status Europa:
Bedreigd in Europa door achteruitgang van 20 tot 50% in de laatste 25 jaar en het zeer beperkte voorkomen.
Status Benelux:
Komt niet in de Benelux voor.
Trend en mate van voorkomen per land:
E. simplonia 7