(Pallas, 1771)
Vetkruidblauwtje
Beschrijving:
Het vetkruidblauwtje komt voor op warme rotsachtige hellingen en richels, waar soms behalve de waardplanten Sedum album (wit vetkruid) en Sedum telephium (hemelsleutel) vrijwel geen vegetatie te vinden is. Het zijn kleine, maar toch opvallende vlindertjes. De vrouwtjes leggen de eitjes aan de voet van de bladeren van de waardplanten. De rupsen worden vaak in gezelschap van mieren aangetroffen. De pop overwintert verscholen onder stenen of in kleine holtes in de grond bij de waardplant. Afhankelijk van de geografische ligging van het vliegterrein vliegt het vetkruidblauwtje in één of twee generaties per jaar.
Leefgebied:
Droge zure graslanden
Droog kalkgrasland en steppe
Steile rotsen - binnenland
Sterk gelijkende soorten:
Onmiskenbaar
Verspreiding:
Plaatselijk in NO-Spanje, Z-Frankrijk, Italië, ZO-Europa en het zuiden van Noorwegen, Zweden en Finland. Vliegt van zeeniveau tot 2000m.
Vliegtijd:
mei, juni, juli, augustus.
Status Europa:
Kwetsbaar in Europa door achteruitgang van 20 tot 50% in de laatste 25 jaar.
Status Benelux:
Lokaal op enkele vliegplaatsen in het Rijndal, niet in de Benelux.
Trend en mate van voorkomen per land:
S. orion 7