(Herbst, 1796)
Zwarte erebia
Beschrijving:
De zwarte erebia kan worden aangetroffen bij rotsige hellingen met hier en daar grazige vegetatie, in droge, (sub)alpiene graslanden en soms op open plekken in naaldbossen. De vlinders vliegen laag bij de grond en zitten vaak met open vleugels te rusten. De rupsen voeden zich met Festuca ovina (genaald schapengras), mogelijk worden ook andere grassoorten gebruikt. De soort heeft één generatie per jaar en overwintert als rups.
Leefgebied:
Sub-alpien grasland
Naaldbos
Puinhellingen
Sterk gelijkende soorten:
Erebia pluto
Erebia lefebvrei
Verspreiding:
Komt in veel berggebieden in ZO-Europa voor: in Z-Slovenië, W-Kroatië, Bosnië-Hercegovina, ZW- en O-Joegoslavië, N-Albanië, Macedonië, Roemenië (o.a. Karpaten), M- en ZW-Bulgarije en in Griekenland. Vliegt van 900-2800m, gewoonlijk boven de 1500m.
Vliegtijd:
juli, augustus, september.
Status Europa:
Soort is thans niet bedreigd in Europa.
Status Benelux:
Komt niet in de Benelux voor.
Trend en mate van voorkomen per land:
E. melas 7