(Thunberg, 1791)
Siberische erebia
Beschrijving:
Het leefgebied van de Siberische erebia bestaat uit venen en moerassen met een begroeiing van zeggen en grassen en met hier en daar groepjes wilgen en gagel. De moerassen liggen vaak in berken- of naaldbossen. De vlinders zijn moeilijk te vinden doordat ze altijd in lage aantallen voorkomen en hun leefgebied zeer moeilijk begaanbaar is, bovendien zijn het ook nog schuwe vlinders. Waardplanten zijn vermoedelijk Carex -soorten (zegge), Deschampsia cespitosa (ruwe smele) en D. setacea (moerassmele).
Leefgebied:
Hoogveen
Naaldbos
Sterk gelijkende soorten:
Erebia disa
Verspreiding:
De soort komt in Zweden en Noorwegen ten noorden van 60°NB voor, verspreid in heel Finland en zeer zeldzaam in Estland en Letland. Vliegt van 100-400m.
Vliegtijd:
juni, juli.
Status Europa:
Kwetsbaar in Europa door achteruitgang van 20 tot 50% in de laatste 25 jaar.
Status Benelux:
Komt niet in de Benelux voor.
Trend en mate van voorkomen per land:
E. embla 7