(Verity, 1927)
Alpensaffierblauwtje
Beschrijving:
Het leefgebied van het Alpensaffierblauwtje bestaat uit warme, droge graslanden en droge naaldbossen op een kalkhoudende bodem. Het voorkomen van de soort is in Zwitserland beperkt tot de plekken waar de waardplant Astragalus exscapus voorkomt, in Italië worden de eieren ook op Astragalus centroalpinus afgezet, een soort die in Zwitserland niet voorkomt. De rupsen overwinteren als ze half volgroeid zijn en eten in het voorjaar dicht bij de grond van de jonge scheuten. Ze worden vaak in gezelschap van mieren gevonden. De soort vliegt in één generatie per jaar.
Leefgebied:
Droog kalkgrasland en steppe
Sterk gelijkende soorten:
Plebeius argus
Plebeius idas
Plebeius argyrognomon
Polyommatus escheri
Verspreiding:
De soort komt zeer lokaal voor: in Zwitserland alleen in Wallis (Berner Alpen en Walliser Alpen) en in N-Italië in Piemonte (Val di Cogne, Val d'Ossola) en Venosta. Vliegt van 800-2000m.
Vliegtijd:
juni, juli, augustus.
Status Europa:
Kwetsbaar in Europa door het zeer beperkte voorkomen. Soort komt alleen in Europa voor.
Status Benelux:
Komt niet in de Benelux voor.
Trend en mate van voorkomen per land:
P. trappi 7