(Staudinger, 1886)
Oostelijk staartblauwtje
Beschrijving:
Het oostelijk staartblauwtje is op open plekken in loofbossen te vinden en bij bloemrijke grazige vegetaties, vaak met hier en daar struiken. Waardplanten zijn Medicago lupulina (hopklaver) en M. sativa (luzerne), waarvan de rupsen de bloeiwijzen eten. De soort heeft drie generaties per jaar en overwintert als rups.
Leefgebied:
Droge zure graslanden
Droog kalkgrasland en steppe
Matig voedselrijk grasland
Rivierbos
Zomergroen loofbos
Sterk gelijkende soorten:
Cupido minimus
Cupido alcetas
Cupido lorquinii
Cupido osiris
Verspreiding:
Komt in O-Europa voor: vanaf O-Oostenrijk, Tsjechiƫ en Slowakije en verder zuidwaarts tot in NW-Griekenland. Vliegt van 250-1000m.
Vliegtijd:
mei, juni, juli, augustus, september.
Status Europa:
Soort is thans niet bedreigd in Europa.
Status Benelux:
Komt niet in de Benelux voor.
Trend en mate van voorkomen per land:
C. decolorata 7